Vanavond is Steven Geldof onze gastspreker. Het thema van de avond is ‘emotie in je film’. Op zijn vorige avond bij de LVSL (in maart van dit jaar) heeft Steven veel verteld en laten zien over hoe je een film(pje) boeiend maakt om naar te kijken. Zijn stelling was (en is): een film zonder een probleem of conflict is eigenlijk geen film, want je hebt dan geen verhaal. Er moet een ontwikkeling zijn in je film. Hij heeft ons toen naar huis gestuurd met de opdracht om filmpjes te maken waar emotie in zit. Er blijken zes films ingestuurd, die hij vanavond met ons gaat bekijken en bespreken.
Steven begint met een loftuiting aan de film Kripola van Henny Hartevelt; actrice Saskia van Iterson won gisteren op het Amateur Speelfilm Festival Duin- en Bollenstreek 2024 de prijs als beste actrice. Steven zat er in de jury. Hij prijst hoe Henny de acteurs de ruimte geeft om er te zijn. “Het zou eigenlijk een serie moeten zijn”, met elke twee weken een nieuwe aflevering (op YouTube). “Als je dan de hele filmclub inschakelt en iedereen vrienden en bekenden vraagt om allemaal binnen 48 uur naar de film te kijken, gaat het algoritme van YouTube de film ook aan andere YouTubers laten zien”. Zo genereer je veel kijkers voor je films. Henny wil dit wel gaan proberen.

De films met en over emotie heeft Steven expres niet van tevoren bekeken: hij wil, net als wij, het publiek, spontaan kunnen laten reageren op de films.

De eerste film is van Bianca Kraus: ‘Op zoek naar een mooie pruik’. We kijken met Bianca  (over haar schouder) mee naar haar mobiel, waarop ze scrolt door websites met pruiken. Ondertussen horen we haar vertellen dat ze weet binnenkort kaal te gaan worden door de chemo. Bianca wordt duidelijk emotioneel in de film (en haar publiek ook). Steven bedankt haar allereerst voor haar openhartigheid om dit te willen delen met ons; “Als je emotie authentiek laat zien raakt het meteen”. Technisch is er wel een en ander aan te merken op de film (waarom de camera niet op je gezicht gericht), maar dat vergeeft hij haar graag, omdat de emotie en de authenticiteit het winnen. Bianca vertelt nog dat dit stukje onderdeel gaat worden van een soort minidocumentaire over haar ziekte.

De tweede film ‘Dat ik je mis’ is van Elly van der Bent. Begeleid door het liedje met die titel (van Maaike Ouboter) zien we een fragment uit een film die Elly – op verzoek – maakte van de begrafenis van een dertigjarige vrouw, overleden aan een longembolie. Het fragment toont het in de rouwwagen plaatsen van de kist en het dichtdoen van de deur daarvan door haar man. En niet de negentig motoren van haar motorclub die er ook zijn. Elly bekent dit fragment te hebben gekozen omdat ze zelf bij het opnemen ervan moest huilen. Steven: “De emotie zit dus niet bij  negentig motoren, maar bij één iemand. Iedereen voelt die emotie. We zijn verbonden met mensen, niet met motoren.
De les hieruit: vergeet bij het maken van je volgende film de emotie niet; meeleven met de hoofdpersoon maakt je film relevant.”

De derde film ’The next morning’ is gemaakt door Henny Hartevelt. We zien een man (in een ruim kader) van links naar een bushalte lopen langs een dichtgetimmerde gevel. Dan komt er een man van de andere kant. Er ontstaat een ruzie in het ‘Fitaliaans’ (fictief Italiaans), waarna de eerste man de tweede in elkaar slaat. Later op de avond staan ze weer naast elkaar bij de bushalte. Dan verschijnt de titel in beeld.
Steven begrijpt de film niet; de zaal komt met meerdere suggesties die ons ook niet verder helpen.
Henny zelf: “De film maakt onderdeel uit van een serie films die ik maak over oergevoelens. Deze moet eigenlijk in een loop gedraaid worden (zo is hij op de Leidse Kunstroute vertoond). We bekijken hem nog een keer. Micha, die een van beide  mannen speelde, vertelt nog dat tijdens de opnamen allerlei auto’s stopten en mensen zich met de ruzie wilden bemoeien. Zijn tip: “Neem een camera mee als je iemand in elkaar wil slaan”.  Steven concludeert dat het niet begrijpen ook een emotie oproept: bijvoorbeeld verwarring of irritatie.

De vierde film is van André van der Tuyn en heet ‘Op vakantie’. Het is een leuke, korte speelfilm, waarin zijn kleinkinderen vader, moeder en kind spelen. We zien ze aan het ontbijt, ze gaan binnenkort op vakantie en ‘mama’ zegt dat ze moeten gaan inpakken. Na allerlei verwikkelingen blijkt dat de vakantie pas over twee weken begint. Dan zien we ze ‘rijden’ (op een mooie manier verbeeld) naar de camping en daar ‘kamperen’. André vertelt dat alles geschreven en bedacht is door de kinderen zelf, vandaar dat in de aftiteling bij ‘regie’ ‘iedereen’ staat. Steven vindt het een erg leuke film, waarin allerlei emoties te zien zijn: boosheid, irritatie, verdriet, plezier, frustratie.

In de vijfde film ‘Gaat heen’ van Else van Laere zien we een sneeuwlandschap, met daarin eerst voetafdrukken en daarna achtereenvolgens (geanimeerde) voeten, benen en stukjes lijf naar links lopen. Dan verschijnt de tekst “en vermenigvuldigt u” in beeld en zien we meer bewegende benen naar rechts lopen (in een andere kleur). Else vertelt dat ze een idee had voor een film met een man met drie benen, maar die op de computer maken viel erg tegen. Daarop voortbordurend heeft ze dit filmpje gemaakt voor vanavond, maar het is lastig duiden welke emotie hier nu verbeeld wordt.

De laatste film is van Leo van Aubel: ‘Sommige drones zijn bedrog’. In dit speelfilmpje komt een vader thuis; zijn zoontje vraagt of hij wel ‘dat speciale cadeautje’ heeft meegebracht. Hij moet wachten tot morgen.
’sNachts sluipt hij de trap af en kijkt in papa’s tas. Een drone stijgt daaruit op en achtervolgt hem tot hij in bed onder de dekens kruipt. Na zijn nachtmerries wordt hij ’s ochtends wakker. Mama biedt hem zijn cadeautje aan: een mini foldable drone.
Leo: ook dit is een familiefilmpje: zoon, dochter en kleinzoon spelen de rollen. Steven vindt een ontzettend leuk filmpje, waarin de emoties angst, spanning en humor te zien zijn. Hij vindt het wel een beetje jammer dat de titel al veel verraadt. Maar Leo vond de woordspeling met Marco Borsato’s liedje ‘De meeste dromen zijn bedrog’ te aardig om niet te gebruiken.

Voor de pauze heeft Steven gevraagd om vragen in te dienen; uit de pot met ingediende vragen wordt nu een aantal vragen getrokken die Steven gaat beantwoorden.

1) ‘Hoe maak je emotie zichtbaar in een film zonder mensen’; Steven bedenkt: muziek, objecten gerelateerd aan mensen, (kleine) dieren, voice-over. Denk aan Disneyfilms. Toch kan bijvoorbeeld het beeld van een lege plek, waar zichtbaar iets gehangen heeft (een foto van een overledene?) ook emotie oproepen.

2) ‘Hoe voeg je emotie toe bij acteurs die niet kunnen acteren’; Steven moet denken aan Michiel Romein die in ‘Alles is liefde’ een hulpsinterklaas speelt; de beste scenes bleken die waarin hij niet sprak. Zo is de film dus gesneden. Bij stil spel gaat de kijker meer zelf invullen. Dus wellicht die acteurs zo min mogelijk laten zeggen en de beelden laten spreken.

3) ‘Kan Steven een keer een scenario van mij bekijken en beoordelen?’; Steven wil dat wel doen, als duidelijk is wie de hoofdpersoon is en wat het probleem is waar de film over gaat.

4) ‘Ik zou graag een keer met jou willen filmen, ergens op locatie’;  Hier wil Steven over nadenken; misschien zouden we een keer een werkdag kunnen organiseren met een groepje mensen die filmen en acteren, op een gekozen locatie.

5) ‘Ik zou wel meer fantasie willen hebben voor film; wat raad jij mij aan’; Steven: Laat je gevoel/creativiteit prikkelen door dingen waar je blij van wordt. Dus wissel fantasie in voor creativiteit. Je hebt vooral opmerkzaamheid nodig.

6) ‘Een boer heeft één uur om vragen te antwoorden voor in een docu, maar is niet een vlotte prater. We hebben nog maar zoveel minuten, maar nog niet wat we nodig hebben. Hoe moet ik hiermee omgaan’
Steven: Pas op voor paniek. Laat je plannen los en kijk of je met menselijke interesse wat kan losweken. Geïnterviewden zijn vaak zichzelf aan het censureren. Een andere optie is de vragen stellen terwijl de geïnterviewde bezig is met zijn werkzaamheden. En tenslotte kan je voorstellen nog eens alleen terug te komen met wat vragen, zonder camera’s etc. En dan geluidsopnamen maken voor onder andere beelden. En houd geen papiertje met de vragen in je hand.
André: “Durf ook stiltes te laten vallen”; wellicht gaat de persoon die vanzelf invullen.

7) ‘Hoe kan ik geld genereren om mijn film te betalen’.
Steven: Zoek sponsors onder ondernemers (die een shot van hun bedrijf in je film krijgen bijvoorbeeld). Of doe een soort crowdfunding door stoelen voor de première te verkopen. Een derde mogelijkheid is subsidies.

8) ‘Kan een film gemaakt voor een doelgroep ook voor clubvertoning in aanmerking komen’.
Steven: Dat kan, door bijvoorbeeld een compilatie te maken of een excerpt te vertonen. Dus houd wel rekening met je ‘nieuwe’ doelgroep.

9) ‘Hoi Steven, het is tijd. We gaan stoppen’.
Na deze laatste ‘vraag’ (van André) bedankt André Steven voor een zeer geslaagde avond en na een uitbundig applaus van de zaal keert iedereen weer huiswaarts.

Ruud Smeenk